Maandag 31 juli was het dan eindelijk zo ver, het zomerkamp voor de kinderen in Valeni. s Ochtends rond 8 uur reden we weg uit Medgidia om de kinderen uit Valeni op te halen. Zouden ze er staan? Wie? Hoeveel? We hadden 20 namen op de lijst, maar dat is niet gezegd dat er dan ook 20 komen. Misschien vinden papa en mama het op het laatste moment toch niet meer goed. Zelf zijn ze nooit weggeweest en nu hun kinderen een week?
Toen we aan kwamen gereden kwamen ons al 11 kinderen tegemoet lopen. En ook nog eens allemaal met een (school)tas met daarin nog een setje kleren of misschien wel twee.
Omdat we nog even moesten wachten begonnen we met een spel en daarna kwamen er nog 3 kinderen aan rennen. Geen tas bij zich, een van de jongens zelfs zonder T-shirt, zijn broer met een dikke warme trui en dat met 30 graden, maar daarom niet minder welkom.
Het spel was afgelopen en vanuit de verte kwamen ook de 3 zusjes met hun oom van 14 aan gerend. Geen bagage, niks bij hun, maar ze waren er!
We zaten inmiddels al op 18 kinderen. Ovidiu wachtte op een tweede auto en Ana ging nog langs bij twee meiden om te kijken of zij wel of niet mee zouden gaan, ze stonden op de lijst…
Ik ging intussen al op weg met 4 meisjes op de achterbank en 1 jongen naast mij. Ook al was het maar een ritje van een half uur, we zijn onderweg 3 keer gestopt omdat er iemand moest overgeven. Het is wel spannend, zo’n eerste keer weg en als je ook niet gewend bent om met de auto te gaan.
Niet veel na ons kwamen ook de auto’s met de andere kinderen aan, inclusief de twee meiden. Als eerste werden de haren van de kinderen gewassen met shampoo met een luizenoplossing erin en waar nodig ook schone kleren uitgedeeld. De meisjes kregen allemaal een borstel en een mooie knip. Wat is dat toch genieten schoon haar en wat kan een kind er dan opeens anders uit zien.
Ook werden de kamers ingedeeld. Ik sliep met 4 nichtjes op een kamer. Zij alleen een borstel en na de eerste avond ook nog een tandenborstel op de vensterbank, ik mijn handbagagekoffer met kleren, handdoeken, toiletartikelen en wat ik nog meer nodig had….
Daarna was het tijd om te eten. Best lastig om aan tafel te zitten tot iedereen van jouw tafel het eten op heeft. En voor sommige jongens wel een beetje gênant om de tafel af te moeten ruimen. Dat is toch iets voor vrouwen? Maar ze deden het allemaal netjes. Daarna mochten we buiten spelen op de fietsen, de trampoline, de kleine kabelbaan, er was genoeg te beleven buiten.
Maar de fietsen waren toch veruit het populairst. ‘Mogen we op de straat?’ ‘Ja, van stop tot stop, en alleen als ik er bij ben. Anders blijf je op het erf.’ Die regels waren allebei best heel lastig als je thuis mag gaan en staan waar je wil.
‘Gaan we ook weer een rondje maken in de buurt?’ ‘Straks, maar dan ben ik ook een fiets nodig.’ En daar kwamen ze aanzetten met de beste fiets, speciaal voor mij gerepareerd, geen lekke banden en een achterrem.
‘Mevrouw mijn fiets is kapot.’ En daar gingen ze weer naar het schuurtje om de fiets te repareren, een band van een andere fiets er op te zetten, of met een steen de kettingkast weer aan de praat te krijgen. Genoeg fietsenmakers in Valeni.
Het werd een week vol fietsen en dus ook repareren, zingen, Bijbelverhalen rond het thema ‘Jezus volgen’, in het zwembadje zwemmen, een uitstapje naar Adamclisi, een oude nederzetting van de Turken, een wandeling naar de fontein en naar de speeltuin in het dorp, een kampvuur, knutselen, spelletjes, 3 maaltijden per dag, douchen, handen wassen uit een kraan met ook warm water en zo kan ik nog veel meer opnoemen.
Het was intensief, niet alleen omdat ze niet zo heel goed kunnen stilzitten, maar ook omdat je wel eens denkt, dat meisje zou ze volgend jaar nog mee gaan, of is ze dan al getrouwd. Die jongen, zo behulpzaam en zorgzaam, maar wat als je 13/14 bent en nog niet kunt lezen en schrijven, dan bij je ouders zus woont, dan bij je oma en dan bij je moeder. Wat komt er van hem terecht> Zaterdag was ik leeg. Maar het was geweldig dat we dit mochten en konden doen en dat we hopelijk iets van Gods liefde hebben kunnen laten zien aan deze kinderen. Dat zij op een dag ook allemaal Jezus mogen volgen.
Het lijkt misschien wat ver weg, maar wat zou het prachtig zijn als we volgend jaar weer met deze en ook andere kinderen uit Valeni op kamp kunnen gaan. Daarvoor zijn we naast financiële middelen ook handjes nodig, niet alleen voor het kinderwerk, maar ook voor het klaarzetten, de afwas, het wassen van de kleren enz. Zou je aan deze stuk voor stuk fantastische kinderen ook iets van Jezus liefde willen doorgeven, neem dan contact op met een van ons. Het zou fijn zijn als we volgend jaar een iets grotere groep vrijwilligers hadden om mee te helpen 🙂
Recent Comments